Sporen van Pablo Picasso vind je wereldwijd overal. Niet in de laatste plaats in Málaga, zijn geboortestad. Onze Wereldstadgids Ilse doet er een boekje over open.
SIGARENROOK
Op 8 december 1880 treden José Ruiz en Maria Picasso in het huwelijksbootje in de Sint Jacobskerk te Málaga. Het is een passende locatie: waar de kerk gewijd is aan Santiago (Sint Jacob), de patroonheilige van Spanje, zou de oudste zoon van José en Maria patroonheilige van de moderne Spaanse kunst worden.
Als eerste van hun drie kinderen wordt een klein jaar later, op 25 oktober 1881, aan de Plaza de la Merced 15 de kleine Pablo geboren. De bevalling verliep moeizaam en het kind gaf weinig teken van leven. Tot het moment dat de dokter, tevens zijn oom, de rook van zijn sigaar in het gezicht van Pablo blies: de baby begon spontaan te huilen. Volgens eigen zeggen heeft sigarenrook hem letterlijk het leven ingeblazen.
De kleine Pablo krijgt niet minder dan 14 doopnamen. Picasso, de achternaam van zijn moeder, is de laatste. De schildersgenen heeft hij deels van zijn vader, docent op de kunstacademie. De kleine Pablo begint al vroeg te schilderen. Wanneer hij acht is maakt hij zijn eerste kunstwerkjes, zoals bijvoorbeeld het schilderij “Picador”.
ARTISTIEKE GENIALITEIT
Op Pablo’s tienjarige leeftijd ruilt de familie Ruiz – Picasso havenstad Malaga voor La Coruña, in het noorden van Spanje. In Coruña ontwikkelt de kleine Pablo met vloeiende borstelbewegingen zijn talenten verder. De manier waarop hij op zijn 13de “het meisje op blote voeten” schilderde getuigde van artistieke genialiteit en maakte duidelijk dat niemand hem iets kon leren.
Picasso werd de meest gekende artiest aller tijden en maakte niet minder dan 50.000 kunstwerken waaronder schilderijen en beeldhouwwerken. Ook ontwierp Picasso kostuums en schreef hij gedichten. Kunst was zijn passie, maar al snel bleek dat hij ook van vrouwen geen genoeg kon krijgen. Picasso’s leven werd een aaneenschakeling van liefdesrelaties die hij, middels zijn kunstwerken ook deelde met de buitenwereld.
In zijn geboortestad kwam Picasso na zijn vroegste jaren niet vaak meer, maar Málaga’s meest gekende inwoner aller tijden kreeg wel een vaste stek op een bankje voor zijn – uiteraard te bezoeken – geboortehuis. Niet ver daarvandaan, in het 16de eeuwse Palacio Buenaviste, zijn sinds 2005 meer dan 200 kunstwerken, waaronder keramiek en sculpturen van de meester te bewonderen: in zijn geboortestad kan een Museo Picasso immers niet ontbreken.